De Smet Accountants - Nieuwsbrief - Nummer 3 - juli 2021

Nummer 3 Juli 2021 [ FISCAAL ] [FISCAAL] [ 3 ] J Grens excessief lenen gaat voor partners samen gelden Met het wetsvoorstel Wet excessief lenen bij eigen vennootschap wil de staatssecretaris van Financiën het lenen van grote bedragen bij de eigen bv ontmoedigen. De grens zal bij € 5 ton komen te liggen. In een nota van wijziging maakt de staatssecretaris duidelijk dat de grens geldt voor de dga (of een andere verbonden persoon) en zijn partner samen. Daarnaast voorziet de nota van wijziging ook bij ver- plaatsing van de werkelijke leiding van de vennootschap uit Neder- land in maatregelen om economische dubbele heffing te voorkomen. De maatregelen in het wetsvoorstel hebben geen gevolgen voor conserve- rende aanslagen waarop specifiek overgangsrecht met betrekking tot de invor- dering van toepassing is. J Bijtelling ondanks niet-afgetrokken kosten auto Zodra een werkgever een auto leaset en ter beschikking stelt aan een werknemer, moet zij in beginsel de bijtelling vanwege het privégebruik toepassen. In een recente zaak voor rechtbank Noord-Nederlandmeende een bv dat zij de bijtel- ling achterwege kon laten. Een van haar motive- ringen was dat zij de kosten van de ter beschikking gestelde auto niet had afgetrokken. Maar de recht- bank vond deze omstandigheid onvoldoende van belang. De rechtbank oordeelde zelfs dat hier sprake was van grove schuld, zodat de Belasting- dienst de bv een vergrijpboete mocht opleggen. De werkgever kan wel de eigen bijdrage van de werk- nemer in mindering brengen op de bijtelling. Als de eigen bijdrage minstens zo hoog is als de bijtelling, vindt per saldo geen heffing over het privégebruik plaats. J Verzwegen inkomen verlaagt niet altijd belastbare erfenis Het Burgerlijke Wetboek kent een bepaling voor situaties waarin een deelgenoot goederen, die tot een gemeenschap behoren, opzettelijk verzwijgt, zoek maakt of verborgen houdt. Een voorbeeld van een gemeenschap is een onverdeelde nalaten- schap. Volgens de desbetreffende bepaling ver- beurt de deelgenoot die de goederen uit het zicht houdt zijn aandeel in die goederen. Zijn aandeel komt dan toe aan de andere deelgenoten. Deze sanctie is aan de zware kant, zo stelt onder meer Hof Arnhem-Leeuwarden. In de desbetreffende zaak had een echtpaar een tegoed bij een Zwit- serse bank. De echtgenoten hadden dit tegoed niet opgegeven in hun belastingaangiften. Enige tijd na het overlijden van de man had zijn weduwe een deel van dit vermogen onderge- bracht in buitenlandse lichamen. Deze lichamen zouden na haar overlijden het vermogen doen toekomen aan haar (klein)kinderen. Haar (klein) kinderen kregen dit te horen op het sterfbed van hun (groot)moeder. Onder zulke omstandighe- den ligt het niet voor de hand dat de sanctie van rechtswege intreedt, zo oordeelt het hof. Min- stens één andere deelgenoot zal er ommoeten verzoeken. Pas als dat gebeurt, verlaagt het ver- beurde aandeel de nalatenschap van de erflater. Voor zover de Belastingdienst nog inkomstenbelas- ting bij de erflater kan navorderen, verlagen deze belas- tingschulden in principe wel de nalatenschap. J Dienst voor gelieerd lichaam kan btw- belast zijn Voordat sprake kan zijn van een btw-belaste prestatie, moet sprake zijn van een handeling in het economische verkeer. De omstandigheid dat een hande- ling plaatsvindt ten behoeve van een gelieerd lichaam sluit deelname aan het economische verkeer niet uit. Tot dit oordeel komt rechtbank Zeeland-West- Brabant. Voor de aanwezigheid van een economische activiteit moet om te beginnen het karakter van de werk- zaamheid duurzaamzijn. Vervolgens dient de acti- viteit onder bezwarende titel plaats te vinden. Daartoemoet tussen de dienst en de ontvangen tegenprestatie een rechtstreeks verband bestaan. Zo’n verband bestaat volgens de rechtbank alleen als tussen de dienstverlener en de afnemer een rechtsbetrekking bestaat. Daarbij vindt over en weer een uitwisseling van prestaties plaats. Boven- dienmoet de vergoeding de werkelijke tegen- waarde vormen voor de verleende dienst. Of de ver- goeding hoger of lager is dan de kostprijs, maakt de rechtbank niet uit. Prestaties tussen gelieerde personen vormen geen economi- sche prestatie als sprake is van een fiscale eenheid voor de omzetbelasting.

RkJQdWJsaXNoZXIy NTgwNDc=