De Smet Accountants - Nieuwsbrief - Nummer 2

Nummer 2 Mei 2022 [FISCAAL] [FISCAAL] [5] Dat betekent ook dat de BPMvoor ingevoerde auto’s niet hoger mag zijn dan de BPMvoor binnenlandse gelijksoortige auto’s. Volgens Hof Den Bosch is voor de vraag of sprake is van gelijksoortige auto’s de datumvan inschrijving in het kentekenregister zonder tenaamstelling (preregistratie) geen onderscheidend kenmerk. Als men voor Nederlandse auto’s het historisch tarief mag toepassen, is dat dus ook toegestaan voor gelijksoortige buitenlandse auto’s die tijdig zijn gepreregistreerd. De datum van tenaamstelling is echter wel een onderscheidend kenmerk. J Administratie te verwerpen na ontdekking afgeroomde winst De inspecteur mag de administratie van een bedrijf verwerpen als deze administratie een groot aantal ernstige gebreken vertoont. Hij bepaalt dan zelf schattenderwijs de winst van het bedrijf. De ondernemer moet danmaar aannemelijkmaken dat de berekening van de fiscus onjuist is. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het ontbreken van een primair inkoopbewijs op zich onvoldoende is omde administratie te verwerpen. De inspecteur wijst echter op diverse contante stortingen bij een Luxemburgse bank. Zomaakt hij aannemelijk dat de onderneming in de jaren 2010 en 2011 winst heeft afgeroomd door hogere inkoopkosten in de boekhouding op te nemen dan de werkelijke kosten. De rechtbank constateert dat in de jaren 2010 en 2011 niet is voldaan aan de aangifteplicht. Ten slotte meent de rechtbank dat de correctie van de Belastingdienst van 10%van de inkoopkosten redelijk is. J Tariefsaanpassing geldt niet voor eigenwoningforfait Het opgeven van zogeheten grondslagverminderende posten (gvp’s) leidt tegenwoordig tot een verhoging van het belastbare inkomen uit werk en woning. Door deze maatregel zijn de gvp’s effectief aftrekbaar tegen een tarief van maximaal 40% in plaats van 49,5%. Daarom noemt men deze maatregel ook wel de tariefsaanpassing. De hypotheekrente en andere aftrekbare kosten voor de eigen woning behoren eveneens tot de gvp’s. De tariefsaanpassing heeft echter geen gevolgen voor het eigenwoningforfait. Een eigenaar van een eigen woning heeft voor Rechtbank Den Haag gesteld dat deze uitwerking een verboden vorm van discriminatie vormt. Maar de rechtbank oordeelt dat het tariefverschil tussen het eigenwoningforfait en de hypotheekrente na het toepassen van de tariefsaanpassing voortvloeit uit het feit dat het hier twee afzonderlijke regelingen betreft. Bovendien dient dit onderscheid een legitiem belang: het prikkelen van eigenaren van eigen woningen om hun resterende eigenwoningschuld af te lossen. Zelfs bij omkering en verzwaring van de bewijslast moet de schatting van de Belastingdienst wel redelijk zijn. De genoemde verhoging bedraagt in 2022 in beginsel 9,5% van het belastbare box 1-inkomen zonder aftrek van de gvp’s minus € 69.398. De verhoging is maximaal 9,5% van de gvp’s. JSchijnzelfstandigen worden niet vaak gepakt Hoewel in 2016 de Wet DBA is ingevoerd om fiscale schijnzelfstandigheid aan te pakken, heeft het kabinet datzelfde jaar ook besloten deze wet voorlopig niet te handhaven. Deze afkoelingsperiode staat ook bekend als het handhavingsmoratorium. Door het handhavingsmoratorium controleren belastingambtenaren bij steeds minder opdrachtgevers of zij ten onrechte geen loonheffing afdragen. Het aantal correcties is laag, zo constateert de Algemene Rekenkamer. Het aantal controles van zzp’ers is ook gedaald. Toch is de handhavingsstop bij de opdrachtgevers de afgelopen jaren iets afgezwakt. De Belastingdienst heeft tussen eind 2019 en 2021 maar drie aanwijzingen afgegeven en één keer een correctie opgelegd. De staatssecretaris van Financiën geeft in zijn reactie op het rapport van de Algemene Rekenkamer ook aan de bevindingen van dit rapport mee te nemen in het plan voor het hervormen van de arbeidsmarkt. De Belastingdienst legt alleen correcties op als zzp’ers of opdrachtgevers ‘kwaadwillend’ zijn. Dat wil zeggen dat zij opzettelijk de schijn van zelfstandigheid wekken.

RkJQdWJsaXNoZXIy NTgwNDc=