De Smet Accountants - Nieuwsbrief - 2018- nummer 5

[SPECIAL] [ 3 ] [ SPECIAL ] Nummer 5 Eindejaarstips 2018 En er is een rendementsklasse 2 (beleg- gen) van 5,38%. Voor 2019 zullen deze percentages 0,13% resp. 5,60%bedra- gen, maar dat is van later zorg. Het hef- fingsvrije vermogen zal voor 2019met € 360 stijgen en daardoor uitkomen op een bedrag van € 30.360. Voor partners bedraagt het totale vrijgestelde bedrag dan € 60.720, maar – zoals gezegd – dat alles is nu nog niet relevant. Het lage tarief is bedoeld voor sparen, het hoge voor beleggen. Naarmate uw vermogen groter is, wordt u veronder- steldmeer te beleggen, met als gevolg een hoger (forfaitair!) rendement voor hogere vermogens. Het vermogen boven de € 978.000 wordt u zelfs geacht volledig te beleggen. Het resultaat van dit alles is een (gemengd) verondersteld rende- ment van 2,02%over uw vermogen tot € 100.800 en van 4,33%over uw vermo- gen tussen de € 100.800 en € 1.008.000. Vanaf een vermogen van € 1.008.000 wordt uw ren- dement verondersteld 5,38% te zijn. Bij een zoals gezegd in alle gevallen vast tarief van 30% levert dat aan belastingdruk 0,60%, 1,30%en 1,61%op. Alle wette- lijke uitgangspunten (beleggingsmix, forfaitaire rendement) zijn overigens onweerlegbaar. Ook als uwhogere ver- mogen toch volledig op een spaarreke- ning staat heeft u temakenmet het hogere beleggingsforfait, en nog steeds geldt dat het daadwerkelijk behaalde rendement fiscaal bezien niet relevant is. Door de voor de wat grotere vermo- gens gestegen belastingdruk in box 3 is het belang van (en de belangstelling voor) box 3-vrijstellingen en een goede fiscale planning van het privévermogen sterk gestegen! Zo loont het weer om (ongeacht vanwie het is) uw aanwezige vermogen (fiscaal bezien) tussen de beide partners te verdelen! Algemene vrijstelling voor kinderen Udient er rekeningmee te houden dat het (extra) heffingsvrije vermogen voor minderjarige kinderen al met ingang van 1 januari 2012 is vervallen. Pas na het jaar waarin uwkind 18 jaar is gewordenwordt zijn/haar vermogen niet meer bij u belast, maar bij het kind. En pas vanaf dat moment heeft het kind zijn/haar eigen vrijstelling. Algemene vrijstelling voor ouderen Belastingplichtigen die aan het einde van het jaar (of bij het eind van de belasting- plicht) de AOW-gerechtigde leeftijd hadden bereikt, konden onder bepaalde voorwaarden gebruikmaken van de zogenaamde ouderentoeslag. Deze extra verhoging van het heffingsvrije vermogen voor ouderen is echter reeds per 2016 komen te vervallen. Lijfrenteaftrek 2018 Voor lijfrentepre- mies gelden twee soorten aftrek: • aftrek in het kader van de jaar- ruimte is in principe mogelijk, mits de desbetreffende lijfrente aantoonbaar bedoeld is ter compensatie van een even- tueel pensioentekort. Per geval moet uit- gerekend worden hoeveel er afgetrok- kenmag worden; • aftrek in het kader van de reserve- ringsruimte wordt – net als bij de jaar- ruimte – getoetst enmoet eveneens per geval berekend worden. Essentieel is hier dat er teruggekeken wordt naar de 7-jarige periode die voorafgaat aan 1 januari 2018 (had u vanaf 2011 een pensioentekort?). Voor beide opties geldt: om in aan- merking te komen voor aftrek in 2018, dient u de premies ook daadwerkelijk in 2018 te betalen. De mogelijkheid omdat later te doen (namelijk voor 1 april van Bijzondere vrijstellingen Voor sommige bezittingen gelden bijzon- dere vrijstellingen: • bossen, natuurterreinen en onbebouwde gedeelten van aangewezen landgoederen; • voorwerpen van kunst en wetenschap, voor zover niet bedoeld als belegging • voorwerpen die niet van u zijn, maar die u krachtens erfrecht wel mag gebruiken (zoals de oude Ferrari die uw kinderen geërfd hebben, maar waar u zelf in mag blij- ven rijden); ook in dit geval mogen de voor- werpen niet bedoeld zijn als belegging; • rechten op kapitaalsuitkeringen bij overlijden van uzelf, uw partner of bloed- en aanverwanten, of op prestaties in natura voor een begrafenis (bijvoorbeeld: uitvaartverzekeringen), voor zover het verzekerde kapitaal of de waarde van de polis niet meer bedraagt dan € 7.033 per persoon; • tegoed op geblokkeerde bankrekening bestemd voor begrafenis, mits het tegoed in totaal maximaal € 7.033 per persoon bedraagt; • rechten op kapitaalsuitkeringen bij inva- liditeit, ziekte of ongeval; • geld, chipkaarten, enz. bestemd voor consumentenaankopen (zoals cadeaubon- nen, beltegoed, enz.) tot in totaal € 527.

RkJQdWJsaXNoZXIy NTgwNDc=